Blog ‘hulpeloos’: ‘Een grote en krachtig uitziende man die hulpeloos op de grond in zijn cel ligt en met een klein stemmetje tegen mij zegt: ‘haal me hieruit, ik houd het hier niet langer vol!’’

Gepubliceerd op 23 maart 2021 om 17:01

We krijgen een melding van een onwelwording in een penitentiaire inrichting. 'Voor mij de eerste keer dat ik binnen de muren van een gevangenis kom', zeg ik tegen mijn collega. 'Voor mij ook!', antwoord hij. Nadat we met spoed in korte tijd voor het gebouw staan, hebben we nog wel even geduld nodig alvorens we het binnenterrein kunnen oprijden. Dit heeft te maken met de nodige veiligheidsmaatregelen. Via allerlei sluizen en deuren komen we uiteindelijk de gevangenis binnen. Omdat het nog een stuk lopen is naar de cel van de gedetineerde nemen we allerlei spullen mee die we nodig zouden kunnen hebben in een acute situatie. Mijn collega neemt de monitor en zuurstoffles mee, samen goed voor ongeveer 16 kilo ballast, en zelf neem ik de spoedtas mee die zo’n 10 kilo weegt. Maar dit valt nog mee vergeleken met de ballast die we als ambulanceprofessionals moeten dragen bij een periodieke keuring waarbij de conditie en uithoudingsvermogen wordt gemeten. Hier moet onder andere een traplooptest worden uitgevoerd waarbij in beide handen een koffer van 11 kilogram moet worden vastgehouden om vervolgens een trap over 20 meter stijging te beklimmen.

Ook nu moeten we de nodige trappen oplopen voordat we bij de cel aankomen waar de man zich bevindt. Bij binnenkomst zie ik een grote gespierde man in foetushouding op de grond liggen en hij lijkt niet te reageren op aanspreken. Door de jaren heen zien we natuurlijk als ambulanceprofessional erg veel zieke patiënten, maar daarnaast ook situaties waarbij een medisch spoedgeval wordt gesimuleerd. Door veel acute cases te hebben gezien, wordt het ook makkelijker om gesimuleerde cases te onderscheiden. Ik het sterk het idee dat deze grote man ook geen acute lichamelijk problematiek heeft en simuleert dat hij bewusteloos is. Om lichamelijke problemen toch uit te sluiten doen we een aantal metingen. Deze geven geen afwijkende waarden aan, en in combinatie met nog een aantal aanvullende testjes weet ik genoeg om vast te stellen dat de man simuleert. In de meeste gevallen helpt het dan om rustig tegen de patiënt te zeggen dat je weet dat hij/zij je hoort en dat je komt om te helpen. De ervaring heeft mij geleerd dat na enig tijd de patiënt de ogen zal openen en er contact kan worden gemaakt. Ook in dit geval geef ik aan dat ik denk dat hij mij goed kan horen en dat ik graag wil dat hij op zijn bed gaat liggen zodat we nader onderzoek kunnen doen en verder kunnen praten. Na enige tijd opent hij de ogen, staat op en loopt met onze hulp naar zijn bed.

'De man huilt en geeft aan:

‘ik wil hieruit, ik houd het hier niet langer vol!’

 

In de korte tijd dat ik binnen ben bekruipt mij het gevoel van claustrofobie. Wat een ontzettend kleine ruimte is dit zeg! Ik vraag aan hem wat er aan de hand is. De man huilt en geeft aan: ‘ik wil hieruit, ik houd het hier niet langer vol!’ Ik kan me dit heel goed inbeelden, want dit gevoel heb ik zelf ook al na een klein half uurtje me in deze cel te bevinden. Een klein raam met tralies ervoor geeft zicht op de vrijheid die wij voor lief nemen. Ik zie in de nabijheid van de man een foto liggen waarop hij staat afgedrukt met zijn twee kinderen. Een grote gespierde man die op de foto kracht uitstraalt en nu voor mij huilend en hulpvragend op zijn bed ligt. Ik praat nog even met de man en geef tijdens het gesprek ook aan dat wij als ambulancedienst in deze situatie niets voor hem kunnen betekenen. Na het gesprek verlaten we de cel en wens ik de man veel sterkte. Mijn collega en ik vervolgen met onze materialen in de hand, en begeleid door een PI-medewerker, onze weg terug naar de ambulance.

In de ambulance spreek ik met mijn collega deze inzet na. Ik was onder de indruk van de kleine ruimte waarin de gedetineerde zich bevindt. Natuurlijk, basisvoorzieningen zijn aanwezig zoals een wasbak, een toilet, een bureau, een kast en een bed, maar dat is het dan ook. Ik kon me de frustratie van de man invoelen. Daarnaast zit de man er ook niet voor niets, hij is per slot van rekening al veroordeeld. Waarom en waarvoor weet ik niet, en dat hoef ik ook niet te weten. Men zegt wel dat het beschavingspeil van een land kan worden afgemeten aan de manier waarop men omgaat met gedetineerden. Wat ik heb gezien is dat humaan, maar een zeer beperkte bewegingsvrijheid en een monotoon dagritme is zeker bijzonder zwaar en heeft op de man uit het verhaal een negatief effect op zijn geestelijke gezondheid.

In bovenstaande casus lijkt er sprake van simulatie van de man met een bewust motief om hoogstwaarschijnlijk uit de cel te kunnen worden gehaald om bijvoorbeeld overgebracht te worden naar een andere omgeving. Simulatie is een bekend verschijnsel binnen de ambulancezorg, maar er is (nog) geen data bekend hoe vaak dit voorkomt.

Meer weten over simulatie en hoe dit vast te stellen? Lees onderstaande tekst.

Bij het simuleren van bewusteloosheid kan het gaan om gevallen zoals in bovenstaande casus is beschreven. Ook zijn veel gevallen bekend van (jonge) vrouwen die bijvoorbeeld uit een situatie van huiselijk geweld willen worden gehaald en daarom bewusteloosheid simuleren. Omstanders denken dat dat er iets ernstigs aan de hand is en bellen 112. Kortom, artsen en verpleegkundigen kunnen worden geconfronteerd met patiënten bij wie zij twijfelen aan de ‘echtheid’ van hun klachten.

Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.