Waarom 14% van de pas afgestudeerde hbo-verpleegkundigen stopt met werken!
In het NRC van 12 april 2024 valt in het artikel van Paul van der Steen te lezen dat 14% van de pas afgestudeerde verpleegkundigen stopt met het werken als verpleegkundige omdat ze zich onvoldoende voelen voorbereid op hun werk!! Dat trekt dan natuurlijk als docent/onderzoeker gelijk mijn aandacht want dit percentage is alarmerend. Ik denk dat wij als hogeschool hbo-verpleegkunde moeten kijken wat we hieraan kunnen doen, want 14% van ongeveer 4800 afgestudeerden (cijfer uit 2021) gaat om 672 verpleegkundigen per jaar!!
Ook ik zie regelmatig bij studenten in hun laatste jaar van de opleiding dat velen zich nog onvoldoende bekwaam voelen voor een baan in het ziekenhuis. Dit gebrek aan bekwaamheid heeft verschillende oorzaken, waaronder een tekort aan kennis op het gebied van klinisch redeneren en het ervaren van moeilijkheden bij het tonen van klinisch leiderschap. Ook voelen ze zich vaak niet goed voorbereid op acute situaties die zich kunnen voordoen op de verpleegafdeling.
Als hogeschool streven we ernaar om onze hbo-verpleegkundigen breed op te leiden en hen diverse stage-ervaringen aan te bieden. Dit kan betekenen dat studenten pas in hun vierde jaar stagelopen in een ziekenhuis, waar ze worden beoordeeld op eindniveau. Voor velen van hen is dit de eerste kennismaking met het werken in een ziekenhuis, omdat eerdere stages bijvoorbeeld werden gelopen binnen de psychiatrie, instelling voor mensen met een verstandelijke beperking, de wijkzorg of bij de GGD. Hoewel het breed opleiden van studenten voordelen met zich meebrengt, legt het ook een grote last op de student en kan het bijdragen aan de druk die pas afgestudeerden ervaren wanneer ze volledige verantwoordelijkheid moeten dragen na het afstuderen.
Hoe kunnen we hbo-v studenten beter voorbereiden op de praktijk?
Ik denk dat we al vanaf het eerste jaar hbo-verpleegkundestudenten moeten onderwijzen met behulp van simulatieleren en ze meenemen in complexe scenario's die direct zijn gebaseerd op de soms onvoorspelbare beroepspraktijk. Op deze manier brengen we de praktijk op een levensechte en contextrijke manier binnen de hogeschool en dragen we bij aan een actueel en realistisch beroepsbeeld voor studenten die nog geen ervaring hebben opgedaan in een ziekenhuis. Tegelijkertijd voorkomen we dat we de beroepspraktijk belasten met een groot aantal onervaren eerste of tweedejaars studenten in de complexe ziekenhuiszorg waar de werkdruk onder de verpleegkundigen hoog ligt.
'Simulatieleren omvat meer dan alleen virtual reality of training met een oefenpop'
Op basis van mijn jarenlange ervaring met simulatieonderwijs staat simulatieleren voor mij voor het zo realistisch mogelijk aansluiten bij de beroepspraktijk, met gebruikmaking van middelen die het beste passen bij de fase waarin de student zich bevindt én bij de doelstellingen die met de simulatieomgeving moeten worden bereikt. Zo heeft het weinig zin om in het eerste jaar een Lotus-slachtoffer als simulatie in te zetten voor complexe scenario's in klinisch redeneren, zorgverlening, communicatie, leiderschap, samenwerking, en coördinatie van zorg. Het heeft ook geen meerwaarde om Virtual Reality in te zetten voor vierdejaars studenten als voorbereiding op complexe zorgsituaties in het ziekenhuis. Ook is het niet effectief om een simulatiepop in te zetten voor zorgsituaties waarbij interactie met de patiënt in de zorgverlening cruciaal is, of wanneer we een scenario willen simuleren waarbij de patiënt uit bed wil komen. Kortom, simulatieleren biedt een breed scala aan middelen die kunnen worden ingezet om de praktijk binnen de hogeschool te integreren, maar vraagt de deskundigheid van de docent om hierin de juiste keuzes te maken. En hierbij geldt zeker niet het principe van 'one size fits all'. Ik merk dat in simulatieleren alles lijkt te worden gericht op ófwel VR ófwel geavanceerde oefenpoppen ófwel een andere simulatievorm. Het is belangrijk om hierbij de juiste mix toe te passen!
Zijn de voordelen van simulatieleren werkelijk aanzienlijk in vergelijking met het leren in de praktijk?
Absoluut!
Hieronder enkele voordelen van simulatieleren ten opzichte van andere vormen van leren, onderbouwd door wetenschappelijk onderzoek:
- Studies tonen aan dat studenten die een deel van hun uren (maximaal 50%) hun competenties aanleren in een realistische simulatieomgeving, dezelfde resultaten bereiken als studenten die alle klinische uren hebben afgewerkt.
- Verschillende wetenschappelijke studies tonen aan dat gebruik van simulatieonderwijs met simulatiepoppen en debriefing de competenties klinisch redeneren en klinische vaardigheden sterk ontwikkeld.
- Simulatieonderwijs is effectief voor het vergroten van het zelfvertrouwen van studenten verpleegkunde en het verminderen van hun angst bij de zorg voor patiënten en/of het toepassen van verpleegkundige vaardigheden.
- Simulatie sessies vertoonden grotere effectgroottes voor kennis en prestatie in vergelijking met elke andere lesmethode.
- Simulatieonderwijs draagt bij aan complexe vaardigheden en vraagstukken ‘on demand’ te kunnen uitvoeren, iets dat in de praktijk niet kan worden gerealiseerd.
Daarom is het essentieel dat wij als docenten hbo-verpleegkunde ons inzetten om studenten te onderwijzen via simulatieleren en hen al vroeg in de opleiding blootstellen aan complexe scenario's. Zoals eerder beschreven, versterkt simulatieonderwijs het vermogen tot klinisch redeneren, het zelfvertrouwen van studenten en vergroot het hun klinische vaardigheden. Bovendien hebben robuuste trainingsprogramma's met behulp van simulatietrainingen aangetoond dat ze de fouten van verpleegkundigen verminderen en besluitvormingsvaardigheden verbeteren. De input voor de cases kan afkomstig zijn uit de praktijk, wat resulteert in een co-creatie van kennis. Op deze manier wordt de praktijk op een realistische en levendige manier binnen de hogeschool gebracht!
Bronnen
- Labrague, L. J., McEnroe-Petitte, D. M., Bowling, A. M., Nwafor, C. E., & Tsaras, K. (2019). High-fidelity simulation and nursing students' anxiety and self-confidence: A systematic review. Nursing forum, 54(3), 358–368. https://doi.org/10.1111/nuf.12337
- La Cerra, C., Dante, A., Caponnetto, V., Franconi, I., Gaxhja, E., Petrucci, C., Alfes, C. M., & Lancia, L. (2019). Effects of high-fidelity simulation based on life-threatening clinical condition scenarios on learning outcomes of undergraduate and postgraduate nursing students: a systematic review and meta-analysis. BMJ open, 9(2), e025306. https://doi.org/10.1136/bmjopen-2018-025306
- Dante, A., La Cerra, C., Caponnetto, V., Masotta, V., Marcotullio, A., Bertocchi, L., Ferraiuolo, F., Petrucci, C., & Lancia, L. (2022). Dose-Response Relationship between High-Fidelity Simulation and Intensive Care Nursing Students' Learning Outcomes: An Italian Multimethod Study. International journal of environmental research and public health, 19(2), 617. https://doi.org/10.3390/ijerph19020617
- Jennifer K. Hayden, Richard A. Smiley, Maryann Alexander, Suzan Kardong-Edgren, Pamela R. Jeffries,
The NCSBN National Simulation Study: A Longitudinal, Randomized, Controlled Study Replacing Clinical Hours with Simulation in Prelicensure Nursing Education, Journal of Nursing Regulation, Volume 5, Issue 2, Supplement, 2014, Pages S3-S40, ISSN 2155-8256, https://doi.org/10.1016/S2155-8256(15)30062-4. - Lapkin, S., Fernandez, R., Levett-Jones, T., & Bellchambers, H. (2010). The effectiveness of using human patient simulation manikins in the teaching of clinical reasoning skills to undergraduate nursing students: a systematic review. JBI library of systematic reviews, 8(16), 661–694. https://doi.org/10.11124/01938924-201008160-00001